zondag 24 oktober 2010

Moderne portfoliotheorie

Eén van de dingen die ik frequent ervaar is dat ten lande gedacht wordt dat je een genie moet zijn om mee te zijn met wat in de financiële markten gangbaar is. Het gaat echter eerder over een gebrekkige toegang tot de essentie van de financiële theorie dan werkelijke sophisticatie van die theorie. Als ik terugdenk aan de klassen chemie, fysica en wiskunde in het middelbaar onderwijs dan denk ik eerlijk dat iedereen die dat kon begrijpen, met de essentie van de financiële theorie überhaupt geen probleem kan hebben. Laten we eens proberen om het zo beknopt mogelijk weer te geven.

Assumptie: n onafhankelijke activa

r: verwacht rendement
s: standaardafwijking van activa (wat weinigen zich afvragen is of variantie een goede risk metric is) http://nl.wikipedia.org/wiki/Variantie

r(portfolio)=r
s(portfolio)=s/√(n)

Dus: als we 10000 onafhankelijke activa vinden, dan is het “risico” van de portefeuille één procent van de individuele activa

Realiteit: interdependentie tussen activa (in de echte wereld is er samenhang tussen rendementen van verschillende activa)

twee interdependente activa

r1, r2 , s1, s2 , s12 (covariantie rendement activa 1 en 2) http://nl.wikipedia.org/wiki/Covariantie

r (portfolio)=x1r1 +x2r2 =x1r1 +(1-x1)r2
dus: r-r2= (x1)(r1-r2)
of: x1=(r-r2)/(r1-r2)


s2 (portfolio)= (x1)2 (s1)2 +(x2)2(s2)2 +2x1x2s12 
= (x1)2 (s1)2 +(1-x1)2(s2)2+ 2x1((1-x1) s12

Dus op basis van de bovenstaande rekenkunde toegankelijk tot elke leerling van het vierde/vijfde middelbaar in het Vlaams onderwijs, kan je voor elke waarde van x1 het rendement r en de variantie s2 uitdrukken en dus de investeringsopportuniteiten afwegen.


dus: s2 (portfolio)= ((r-r2)/(r1-r2))2 (s1)2 +(1-(r-r2)/(r1-r2))2(s2)2+ 2(r-r2)/(r1-r2)((1-(r-r2)/(r1-r2)) s12

Hiermee heb je alles om de zogenaamde efficiënte portfolio frontier af te beelden:


Een elegante theorie is mooi, maar goede data zijn uiteraard waar alles mee staat of valt GIGO (garbage in, garbage out). Als je je beperkt tot de laatste 25 jaar, ga je totaal andere allocatie van activa als efficient beschouwen dan dat je niet beperkt tot de grote moderatieperiode waar gemeten volatiliteit laag was omdat we in een superkrediet opbouwcyclus zaten. Als je wat meer meetpunten opneemt door de steekproef te verruimen naar verder in het verleden, gaat de gemeten variantie gemakkelijk verviervoudigen. Als je dus mensen adviseert over het beleggen van hun geld, ga je met die ruimere datapool, hen veel voorzichtiger laten beleggen. Dus voor een gegeven risicotolerantie (die weergegeven kan worden door een indifferentiecurve als functie van rendement en risico), ga je op andere allocaties komen. Dus wat ik wil weten als men mij adviseert om gegeven mijn risicoprofiel in een bepaald fonds te beleggen: wat voor historiek gebruiken ze om tot hun schattingen te komen van een standaarddeviatie. Wat volgens hen 6 sigma-event is, is misschien in een fatsoenlijk staal, slechts 2 sigma. Ingenieurs zullen opmerken dat zij bij het ontwerpen van een kerncentrale niet werken met historische risicometing omdat die data niets zeggen. Dan moet je uiteraard robuustheid inbouwen. Ik vrees dat daar heel oppervlakkig mee wordt omgesprongen in de financiële wereld (ergodiciteit blijft onbegrepen). De grote fysicus Max Planck stelde progressie in de wetenschappen gaat van graf tot graf: de oude krokodillen moeten eerst afsterven. Bovendien staan velen niet open voor nieuwe inzichten, maar beperken zich tot het oneindig overdragen van oude opvattingen.

PS: Deze theorie is interessant omdat je met zo weinig elementen al ver geraakt (de gemiddelde ingenieur zal zich terecht afvragen waar al de wind over wordt gemaakt), maar het wordt pas echt boeiend als je dieper graaft. Op heel het internet vind je honderden papers over tekortkomingen ervan. Voor elke middelbare scholier zal het al duidelijk zijn dat een statistische verdeling door veel meer gekenmerkt wordt dan door de eerste twee momenten (gemiddelde en variantie). En inderdaad zijn er al talloze stommiteiten gedaan door onbegrip van kurtosis... http://nl.wikipedia.org/wiki/Moment_(wiskunde)

zaterdag 2 oktober 2010

Politiek als beroep (Max Weber)

In het fascinerende "Geistige Arbeit als Beruf" snijdt Max Weber het politieke bedrijf aan. Hij analyseert opeenvolgend waarom het beroep van advocaat zo gemakkelijk te combineren valt met dat van politicus, het verschil tussen ambtenaar (onpartijdig) en politicus en de moeilijke verhouding tussen journalisten en politici. Reeds in 1919 beschrijft hij de verleiding om "bekende namen" op de verkiezingslijst te zetten. De eigenschappen van een politicus vat hij samen onder de termen "passie (eerder commitment)", "verantwoordelijkheid" en "oordeelkunde". Hij besluit met een analyse over ethiek in de politiek waarbij hij pleit voor consequentialisme in plaats van deontologisch-doctrinair denken. Een aanrader!



vrijdag 1 oktober 2010

Juist omgaan met studies over risico's op nivellering door onderwijshervorming:

Of hoe een column over de hervorming van het secundair onderwijs op de site van Ademloos geraakt:)

http://www.ademloos.be/nieuws/noodlottige-tunnelvisies

http://www.itinerainstitute.org/nl/bibliotheek/_paper/avoiding-a-limited-perspective-in-politics/

Een klein land en systeembanken

Het overheidstekort in Ierland neemt toe tot 30% van het bbp doordat de staat bijspringt voor de Anglo Irish bank (niet omdat de bank zo waardevol is (rotteness squared)maar omdat haar falen Ierland kan terugkatapulteren naar het stenen tijdperk. Een herinnering dat het too big to failprobleem fataal kan worden voor ee...n klein land. België is gewaarschuwd. Een klein land moet rationeel meer risicoavers zijn tegenover de risico's die systeembanken opleveren. Laten we dat vooral nooit meer vergeten.