dinsdag 5 april 2016

sic transit gloria mundi

Veel van de beste politieke theorie die aan studenten wordt gedoceerd, werd niet geschreven door diegenen die slaagden maar faalden in de politieke praktijk. Cicero's schreef De Officiis over onze plichten en werd gedood door huurmoordenaars in opdracht van de Keizer. Hij wist bij leven al dat roem slechts tijdelijk is: "Ooit hield ik het roer van de staat in mijn handen, vandaag is er nauwelijks plaats voor me in het scheepsruim", schreef hij aan een vriend. 

Machiavelli schreef zijn werken nadat hij van de macht werd verwijderd in 1512, in de gevangenis werd gegooid, gefolterd en feitelijk verbannen. Hij vulde zijn dagen nadien met hout kappen in het woud en het spannen van vogelvallen. Van Edmund Burke werd gezegd dat hij nooit een zo goed politicus was als denker. James Madison schreef dan wel mee aan de Federalist Papers maar zijn periode als president werd allesbehalve als een groot succes beschouwd. 

Alexis de Tocqueville schreef met Democratie in Amerika dan wel een van de meesterwerken over het onderwerp, zelf deemsterde hij weg op de parlementsbanken waarbij hij bitter schreef over de idiote speeches van zijn collega-parlementsleden. Hij nam afscheid van de politiek in 1851 met afschuw. John Stuart Mill was een briljant observator en theoreticus van de politiek maar als een Member Of Parliament van 1865 tot 1868 vloekte hij vooral op de incompetentie van zijn collega's en werd verslagen in zijn tweede verkiezing. Max Weber kreeg zelfs geen nominatie als kandidaat voor de Democratische Partij in 1919. 

Terwijl een intellectueel en academicus impact kan oogsten met moed en duidelijkheid rendeert in de politieke praktijk eerder discretie en omfloerste taal.