Het discours dat vandaag gevoerd wordt over de staatsschuld doet bij veel mensen met prudente inslag de haren ten berge rijzen. Zeker als daar frases gehanteerd worden als: “We hoeven ons geen zorgen te maken over onze staatsschuld”.
Uiteraard
kan er redelijk gedebatteerd worden over het gebruik van schuldfinanciering in deze
coronacrisis. Dat is het punt niet. Het is wel ergerlijk dat er een karikatuur
gemaakt wordt van hen die meer bedenkingen opwerpen. Inzake het budgettaire
debat ontbreekt in ons land wel degelijk regelmatig een deel van het spectrum inzake
prudentie en risicobenadering.
Mensen ridiculiseren
die zich zorgen maken over de Belgische overheidsschuld is iets te gemakkelijk vanuit
economische modellen. Veel burgers kunnen wel niet altijd de vinger leggen op de
concrete lichtzinnigheid van het gehanteerde economische discours. De realiteit
is dat die ook sterk varieert, gaande van een schijnbaar onschuldige
veronderstelling dat gedurende decennia de rente lager zal liggen dan de
economische groei tot radicale opvattingen die vandaag bekend staan als de “moderne
monetaire theorie”. Die stelt in variaties dat de enige motivatie om overheidsuitgaven
nog te financieren door belastingen (en niet door de centrale bank enkel het
reguleren van het prijsniveau is.
Nationale
Bank
Soms lijkt
het debat eindeloos in rondjes te draaien. Daarom is het goed dat de Nationale
Bank (NBB) een interessant stuk publiceerde in haar economisch tijdschrift over
drempels voor onze overheidsschuld die kunnen wijzen op de gevarenzone terzake.
Gouverneur Pierre Wunsch maakt terecht de opmerking dat er daarbij niet zoiets
bestaat als een magisch cijfer. Wel biedt de benadering van de ‘gevarenzone
voor de schuld’ een concreet uitgangspunt om het debat te verrijken met de
prudentiële insteek die zo zeldzaam is in ons land. Een gehoorde kritiek is dat
de NBB de simulatie doet met een rente die hoger ligt dan de groei waardoor de schuldenberg
niet vanzelf wegsmelt over de jaren. Het antwoord is natuurlijk dat het net
prudentieel is om erop te wijzen dat dit een reëel risico is. Verwijzen naar
een huidige consensus onder economen mist dan ook het punt. Meer aandacht in de
oefening lijkt wel gepast inzake de impliciete schuld die volgt uit de
ongedekte pensioenbeloftes van dit land.
Een belangrijke
zaak is dat het debat in de ivoren toren te vaak blind is voor de risico’s in
het ruimere financieel systeem. Ook de nieuwe oefening van de Nationale Bank
schiet daarin tekort. Wel wordt er een extra buffer inzake de ‘schuldendrempel’
besproken om een bankencrisis op te kunnen vangen. De Bank voor Internationale
betalingen te Bazel heeft wel meer oog voor ontsporingen in het financieel systeem.
Voor haar valt de lage rente niet zomaar als manna uit de lucht maar wordt ze
eerder gezien als net een teken van diepe disfuncties. Disfuncties die voortkomen
uit ontwrichtingen van het economisch weefsel waarvoor schulden niet de
oplossing vormen maar een deel van de oorzaak.
Relance
Het is goed
dat de regering van dit land werk willen maken van economische relance met
belangrijke investeringen. Als we er bovendien in slagen om het aandeel
productieve investeringen een stuk hoger te brengen in de mix van overheidsuitgaven dan corrigeren we daarmee zelfs een deel van een
structurele zwakte van ons land op al zijn niveaus. Ook daarin is het voor
economen verrijkend te spreken met praktijkmensen uit de meest uiteenlopende
domeinen die opmerken dat ze meer geld zeker niet zullen afslaan. Ze stellen
vervolgens echter dat meer geld de problemen niet altijd zomaar oplost en soms
zelfs verergert omdat het de druk wegneemt nodig voor beter bestuur.
Om te vermijden
dat plannen niet de reactie uitlokken “mooi, voor misschien een ander land”,
moeten ze niet alleen uit gesofistikeerde kokers komen maar vooral ook meer
realiteitschecks doorstaan en blijk geven van besef van de uitdagingen inzake
bestuurscultuur in dit land.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten