Het werk van James Buchanan als voorbeeld van political economy
Wat de lezer wel mag weten
is dat die ambitie om naast "economics" opnieuw "political economy leven
in te blazen niet nieuw is maar in de voetsporen treedt van
indrukwekkende voorgangers. Met name verwijs ik naar Nobelprijswinnaar
James
Buchanan die in talloze boeken de economie opnieuw als politieke
economie herformuleerde.
Tijdens het debat zei Chang dat hij niet de ambitie had om zich ook op
filosofisch ijs te begeven gezien zijn beperkte vertrouwdheid daarmee.
Dat kan
als een te prijzen bescheidenheid opgevat worden maar anderzijds is het
wel een
onvermijdelijke stap als we Changs project ernstig nemen. En dan kunnen
we
bijvoorbeeld veel leren uit Buchanans werk omdat hij daar net zijn
levenswerk
van maakte. Dat is natuurlijk wel een formidabele taak omdat een nieuwe
politieke economie meer vereist dan dat economen tweedehands handelaars
worden
in oude ideeën. Daartoe is inderdaad vereist dat niet slechts een
handvol
economen die onderzoeksagenda opnemen.
Buchanan
schrijft in "What should economists do", dat onze taak vooral
pedagogisch is. De ogen openen voor "unintended consequences". Wijs mensen op de gevaren van utopisme. Beleid
dat sympathiek lijkt (bv huur reguleren, plafonneren) kan net ertoe
leiden dat er nauwelijks nog aanbod is van goed huurwoningen. In
die pedagogische optiek is het niet de taak van de econoom om
stemadvies te geven maar wel zorgen dat mensen weten tot wat naïef
beleid kan leiden. Ik geef een voorbeeld: Peter Mertens had als
verkiezingscampagne de stelling dat de overheidsschuld moest
kwijtgescholden worden. Omdat
Mertens denkt dat die schuld inhoudt dat de markten de overheid kan
disciplineren. Het is de taak van de econoom erop te wijzen dat als de
overheid haar schuld niet honoreert, al het spaargeld en pensioenfondsen
waardeloos wordt want dat is vandaag grotendeels belegd in
staatsobligaties. Dus een sympthiek voorstel blijkt waanzinnige gevolgen
te hebben voor de "gewone man". Buchanan
wil dat "economics" als aparte discipline ontstaat naast "political
economy". In economics gaan we positivistisch gedrag proberen te
verklaren. Hij spreekt over "objective" theory versus "subjective"
theory. Buchanan
zet zich af van de praxeology van Von Mises omdat deze volledig
"nonoperational" is: de theorie kan niets meer verklaren. De mens
handelt zoals hij handelt: "it can explain any conceivable action that a
person might be observed to take, the obverse is of course that the
theory can really explain nothing at all". Verhelderend
vind ik de referentie naar een paper waar empirisch nagegaan wordt in
hoeverre dieren rekening houden met de wet van de vraag: als de
opportuniteitskost van een goed stijgt, gebruiken ook dieren er minder
van. http://www.jstor.org/discover/10.2307/2936137?uid=3737592&uid=2&uid=4&sid=211044281269
De economie kan wel degelijk een voorspellende kracht kan hebben maar
meestal slechts op een bescheiden wijze. Het is belangrijk die
beperkingen te kennen.Wellicht iets meer verklarende kracht op het
microeconomisch vlak terwijl in de macroeconomie onze capaciteit tot
voorspellingen en verklaringen veel beperkter zijn.
Buchanan is ook erg kritisch voor de bijdragen van Ludwig von Mises die
hij "flawed" vindt: "There is a legitimate domain for predictive
economic theory". Voor de details van die kritiek verwijs ik naar
Buchanans "Domain of Subjective Economics: Between Predictive Science and
Moral Philosophy".
Geen opmerkingen:
Een reactie posten